Rasbeschrijving

Korte geschiedenis

De heidewachtel is één van de verschijningsvormen van de spioen, het bruinbonte langharige jachthondje, dat al in de middeleeuwen in West-Europa voorkwam. Deze honden stonden bekend als vogelhonden. Ze werden gebruikt om het wild op te drijven, zodat er met jachtvogels op gejaagd kon worden. Ook stonden deze honden voor, dat wil zeggen dat ze door doodstil te blijven staan, de jager het wild aanwezen.In het begin van de vorige eeuw trof boswachter en kynoloog Edmund Löns op boerderijen in het Münsterland en het aangrenzende gebied in Nederland afstammelingen van die vroegere vogelhonden aan. Hij voegde de verschillende foklijnen samen tot het ras dat we nu in Nederland als heidewachtel en in Duitsland als Kleine Münsterländer kennen.

Verschijning

De heidewachtel is een middelgrote hond. De schofthoogte ligt tussen de 50 en 56 cm. Het is een krachtige, elegante verschijning. De kleur is bruin-wit of bruin-schimmel. De vacht is halflang, met franje aan oren en poten en een fraaie vlag aan de staart. Het hoofd straalt adel uit. De oren zijn hoog aangezet en de neus is egaal bruin. Lichaam en rug zijn sterk. In actie wordt de staart in een lichte boog gedragen.

Huishond

De heidewachtel is een jachthond, en heeft behalve jagen nog meer taken, namelijk erf en goed bewaken. Overigens, veel verder dan hard blaffen gaat dat bewaken niet. De volwassen heidewachtel is een vriendelijke hond, die lief is voor kinderen. Als hij voldoende beweging en mentale uitdaging krijgt; het liefste in een vorm van jachthondensport houd je de heidewachtel tevreden. Want vergeet niet de heidewachtel is gefokt als jachthond. Natuurlijk heeft de heidewachtel, net als iedere hond, behoefte aan een eigen plek, waar hij kan liggen en kinderen hem met rust moeten laten.

De opvoeding

Een hond is een roedeldier. Het gezin waarin de hond leeft is een roedel. Als de onderlinge rangorde duidelijk is, functioneert de roedel goed. Het betekent in het gezin dat de hond de laagste in rangorde is. Een hogere in de rangorde corrigeert een lagere. Gedrag van de hond om te proberen hoger in de (huiselijke) rangorde te komen dient te allen tijde te worden gecorrigeerd. De hond zal zich hechten aan degene in het gezin die zich het meest zelfverzekerd opstelt. Volgens de logica van de hond is dit de roedelleider. Een roedelleider, die gezag uitstraalt, zal zijn hond meer zelfvertrouwen geven, dan een weifelend persoon. Een onzekere baas kan er toe leiden dat de hond kan proberen de roedelleider te worden. Dat kan tot vervelende situaties leiden, zoals is te begrijpen. Het gaat om houding, gedrag en uitstraling van de baas. Niet wie het hardst kan schreeuwen. Juist het tegendeel is het geval. Praat zacht tegen de hond maar wel duidelijk en zie, de hond wordt oplettender. De opvoeding van de heidewachtel is precies zo als bij andere hondenrassen: Men moet duidelijk en consequent zijn. Daarbij veel liefde en aandacht geven. Een belangrijk facet in de opvoeding is het belonen van goed gedrag van de hond. Belonen is veel belangrijker dan het uitdelen van correcties in welke vorm dan ook. De heidewachtel heeft een paar unieke raskenmerken. Ze zijn dol op zwemmen en rennen, maar vooral met de neus werken. Dat wil wel eens uit de hand lopen. Als het even kan moet daarom op het gedrag geanticipeerd worden. Je moet het ongewenste gedrag zien aankomen. Vergeet nooit dat het ontzettend slimme honden zijn. Honden die vaak iets vinden of bedenken om ergens onderuit te komen.

Socialisatie

Om een goed gesocialiseerde hond te krijgen, is het verstandig de hond op jonge leeftijd in zoveel mogelijk verschillende situaties te brengen. De jonge hond moet wennen aan de drukke, lawaaierige maatschappij. Het is daarom verstandig de pup mee te nemen in de auto, de bus, de trein, naar het winkelcentrum en naar de markt. Deze bezoekjes moeten zodanig opgebouwd worden, zodat de hond niet direct wordt geconfronteerd met heel veel indrukken tegelijk. Wanneer de hond wordt meegenomen naar het winkelcentrum doe het op een rustig moment en zoek niet direct de drukte met veel mensen. Ga ook een winkel binnen als het is toegestaan. Wennen aan andere dieren in het gezin dient ook geleidelijk te gaan. Verder moet hij leren dat het niet de bedoeling is overal achteraan te jagen. Om trainingsproblemen, tijdens jachthondentraining in de toekomst te vermijden, moet de hond vroeg kennismaken met wild.

De heidewachtel als jachthond

De heidewachtel is een allround jachthond. Onder kenners geliefd om zijn intelligentie en doorzettingsvermogen. In de jachtpraktijk kan hij het gemakkelijk opnemen tegen honden van andere jachthondenrassen. Hij werkt, zoals het in jagerstermen heet, zowel voor als na het schot. Het werk voor het schot, wil zeggen dat de hond vrij zoekend, volgens een bepaald patroon en met hoge kophouding het veld afzoekt. Als de hond een stuk wild verwaait (ruikt), zal de hond als vanzelf tot voorstaan komen. Voorstaan is het verstarren van de hond die daarmee de plaats aanwijst waar het wild zich heeft verstopt en zich drukt. Het spreekt vanzelf dat de hond hierbij moet werken met tegenwind. Omdat de heidewachtel een allround jachthond is, zal hij het (aan)geschoten wild na het schot opzoeken en naar de voorjager brengen: het apporteren. Ongeacht of het apport in het struikgewas (de dekking), of op een kale wei is gevallen. Hierbij is goed neusgebruik natuurlijk onontbeerlijk. Wat ze ook graag doen is zwemmen. Een heidewachtel gaat over het algemeen vlot te water om daar te apporteren of bij warm weer om af te koelen. Een goed opgevoede heidewachtel is gemakkelijk uit het water te houden. De heidewachtel is zoals gezegd een jachthond. Het betekent dat hij bij de dagelijkse wandelingen de neus blijft gebruiken om luchtjes op te pikken en spoortjes uit te werken. Dit kan weleens tot problemen leiden. Probeer te anticiperen door de hond op tijd te roepen, aan te lijnen om te voorkomen dat hij achter wild aan gaat met alle risico's van dien. Een heidewachtel zal, zoals iedere hond, de grenzen opzoeken en proberen te verleggen. Hij zal bijvoorbeeld opdrachten op een andere dan de gewenste manier uitvoeren omdat hij het denkt beter te weten. Voor de ware liefhebber van de heidewachtel vormen deze karaktertrekjes juist de charme van het ras.

Werken en trainen

De heidewachtel is een energieke hond, die gezien zijn achtergrond en aard veel beweging en afwisseling nodig heeft. Drie keer per dag hetzelfde rondje lopen om de behoeften te doen is voor deze leergierige hond echt te weinig. Niet iedereen is in de gelegenheid met de hond te gaan jagen en dat zal gecompenseerd moeten worden door op een andere manier met de hond bezig te zijn. Het wordt ten sterkste aangeraden te beginnen met volgen van een puppyjachthondencursus. Hiermee wordt bereikt dat de jachtpassie van de heidewachtel in goede banen wordt geleid. In beginnersgroepen leren pups de beginselen van gehoorzaamheid in combinatie met de eerste stapjes op weg naar een volwaardige jachthond. Trainen kan met verschillende doelen voor ogen. Het is vooral afhankelijk van wat de baas zich wil en kan veroorloven. Een paar voorbeelden: jachthondentraining, ringtraining, gedrag en gehoorzaamheid, behendigheid, flyball, mantrailen, speuren of detectie.

Previous Next
Close
Test Caption
Test Description goes like this